Grenzend aan de Prins Hendrikkade ligt de nieuwbouw met 34 zelfstandige wooneenheden, gesitueerd op een voormalig braakliggend terrein. Dit blok zal de campus afsluiten alsook een gezicht geven richting de kade. Met de historie van deze plek in het achterhoofd is een ontwerp ontstaan dat bijdraagt aan de rijke gevelwand alsook aan de leefbaarheid van het gebied. Deze woningen zullen verhuurd worden aan buitenlandse studenten.

De beperkte breedte van het perceel en de opbouw van de plattegronden met 4 aan elkaar grenzende studentenwoningen aan de voorzijde bepalen de logische keuze voor een vierdeling in de voorgevel. Naar analogie met de architectuur van de Amsterdamse binnenstad zal de gevel opgebouwd worden volgens een horizontale geleding met achtereenvolgens een plint, opbouw in verdiepingen en een beëindiging. Ook de pandsgewijze, individuele ontsluiting en de dubbelhoge inkomhal zijn verwijzingen naar de historische panden.

Met dit gevelontwerp doet het gebouw mee in het historisch stadsgezicht dat de Prins Hendrikkade vormt. De ramen worden als erkers in nissen geplaatst en bieden een wijds uitzicht op het water. De nissen zullen op een sobere manier gedetailleerd worden en zo zorgen voor een verfijning van de gevel in reliëf, schaal en ornament. Aan de achterzijde staat een gelijkaardig maar kleiner volume, een achterhuis, dat gericht is op de collectieve binnentuin.